De Raad van State heeft op 15 oktober 2025 een verzoek afgewezen van een onderneming uit Hapert, die arbeidsmigranten huisvest in een pand aan het Raadhuisplein in Meijel. De onderneming had bezwaar gemaakt tegen een eerder besluit van de gemeente Peel en Maas, waarin werd vastgesteld dat de huisvesting in strijd is met het bestemmingsplan. De voorzieningenrechter ziet geen reden om de opgelegde dwangsom voorlopig te schorsen.
Arbeidsmigranten in Meijel
Strijd met het bestemmingsplan
Het pand wordt al langere tijd gebruikt voor het onderbrengen van arbeidsmigranten die in de regio werken. Volgens de gemeente is dit in strijd met het bestemmingsplan, waarin het pand de bestemming ‘Horeca’ met functieaanduiding ‘hotel’ heeft. Uit controle bleek dat meerdere bewoners al langer dan twee jaar op het adres verblijven en dat het pand niet functioneert als hotel, maar als woonvoorziening. Zo ontbreken hotelfaciliteiten zoals schoonmaakservice en een receptie, en zijn er keukens voor eigen gebruik. Dit wijst volgens de gemeente op (tijdelijke) bewoning, die niet is toegestaan op deze locatie.
Verweer overtuigt rechter niet
De onderneming voerde aan dat het pand altijd een hotelfunctie heeft gehad en dat het verblijf van arbeidsmigranten slechts tijdelijk is. Ook zou eerder door een gemeentelijke ambtenaar zijn aangegeven dat de huisvesting planologisch geregeld zou zijn. De voorzieningenrechter oordeelde echter dat deze argumenten onvoldoende zijn. Er is geen sprake van kortstondig hotelverblijf, en eerdere uitspraken van ambtenaren of verleende vergunningen bieden geen vrijstelling van de geldende regels.
Dwangsom blijft van kracht
De opgelegde last onder dwangsom blijft van kracht. Dit betekent dat als de overtreding voortduurt, de onderneming een boete van €12.500 per week kan krijgen, met een maximum van €100.000. De gemeente heeft toegezegd dat tot zes weken na de uitspraak geen controles worden uitgevoerd.
Het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Limburg loopt nog. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State zal daar later een definitief oordeel over geven.
Er zijn nog geen reacties geplaatst