Huisvesting van arbeidsmigranten en de pilot Hulp bij huishouding
Voor de eerste van twee commissievergaderingen had zich één inspreker gemeld, over de Groene Pijl in Beringe. De heer Piet Willems, buurtbewoner hield een geëmotioneerd betoog over zijn beleving van de ontwikkelingen in Beringe. “Het is niet mijn bedoeling het plan tegen te houden daar dit toch niet lukt. Ik wil wel uitleggen indien zoiets wordt doorgedrukt welke gevolgen dit kan hebben.” De heer Willems deed de raadsleden vervolgens uit de doeken hoe hij geraakt is door een vergelijkbaar project.
Bestemmingsplan De Groene Pijl
Na een korte introductie door portefeuillehouder Rob Wanten kregen raads- en burgerraadseden de mogelijkheid vragen te stellen. Alle partijen bleken bijzonder positief te staan tegenover dit plan. Raadslid Tiny Valckx van Lokaal Peel en Maas: “Dit is gewoon een prachtig initiatief. Dit zijn plannen zoals we ze graag zien: bottom-up, passend in onze woonbehoefte.” Namens PvdA/GroenLinks sprak burgerraadslid Fred Peeters ook van een mooi initiatief. Raadslid Geert Segers van de VVD ziet het wel zitten als er meer van dergelijke plannen komen. “Dit plan is dermate interessant dat je je moet afvragen of je niet voor iedere kern zoiets moet organiseren of faciliteren.”
Raadslid Roger Gielen van het CDA sprak zijn waardering uit over onder meer de communicatie rond het project. “Het voldoet zeker aan de behoefte hier in Beringe. Laten we maar gauw aan de slag gaan.” Raadslid Peter Craenmehr van AndersNu ten slotte was ook erg positief. “Een prachtig plan natuurlijk, zeker omdat het vanuit de gemeenschap zelf komt.”
Wel waren er een paar vragen van de raad. Lokaal Peel en Maas vraagt zich af of rekening wordt gehouden met de zelfbewoningsplicht, om speculatie tegen te gaan. Een zorg die gedeeld wordt door de VVD. Wethouder Wanten reageerde daar op door aan te geven dat de zelfbewoningsplicht standaard in de verkoopvoorwaarden voor kavels is opgenomen.
Fred Peeters van PvdA/GroenLinks informeerde naar de betaalbaarheid van de woningen. Wethouder Wanten antwoordde daarop dat de grondprijzen voldoen aan het beleid van de raad zelf, en dat de kavelgrootte het type woning bepaalt dat erop gebouwd kan worden. Fred Peeters wilde toch meer duidelijkheid, waarop wethouder Wanten toezegde daar achteraan te gaan.
Lokaal Peel en Maas en CDA vroegen beide ook aandacht voor de belangen van de inspreker, wat door wethouder Wanten werd onderschreven. “Uiteraard hebben wij oog voor het verhaal. Het kent een heel lange geschiedenis op die plek waar velen zich al over gebogen hebben.” Dit is zeker reden om het integraal aan te pakken en te bekijken wat er mogelijk is om ook de situatie van de inspreker te verbeteren, aldus de wethouder.
De fracties bestempelden dit onderwerp allen als hamerstuk (alleen besluit nemen in de raadsvergadering, zonder verder debat)
Evaluatie beleid huisvesting arbeidsmigranten short stay
Het volgende onderwerp was het beleid voor de huisvesting van arbeidsmigranten. Peel en Maas heeft als eerste gemeente in de regio beleid vastgesteld. Dit is geëvalueerd, mede naar aanleiding van de landelijke commissie Roemer. Nu ligt er een raadsvoorstel om het beleid op bepaalde punten aan te passen en aan te scherpen. Zo wordt het percentage van de plaatsen dat bestemd is voor eigen medewerkers verhoogd van 25 naar 75% en wordt opgenomen dat gestreefd moet worden naar een minimale oppervlakte van een 1-persoonkamer van 15 m2.
Eerder bleek al dat dit onderwerp gevoelig ligt, niet alleen in Peel en Maas maar in de hele regio. De Venlose wethouder Sjors Peeters liet in De Limburger namelijk weten ‘verbaasd en bezorgd‘ te zijn over de plannen van Peel en Maas. Fractievoorzitter Annigje Primowees van PvdA/GroenLinks zei dat ze dit vreemd vindt: “We investeren kapitalen om samen op te trekken in regionale samenwerking en dat we dan bij zoiets simpels dat niets kost alleen overleg […] een zogenoemde wake up call nodig hebben.” Ook fractievoorzitter John Timmermans van het CDA wilde van Paul Sanders weten of en hoe dit beleid is afgestemd met regiogemeenten.
Teun Heldens viel hem daarin bij en drong er bij het college op aan om met buurgemeenten in gesprek te gaan. “Waar wij als VVD voor willen waken is dat de ene gemeente harder loopt dan de ander. […] Het kan niet zo zijn dat een buurgemeente als Venlo grote logistieke hallen bouwt maar tegelijkertijd niet zorgt voor accommodaties.”
Wethouder Sanders gaf aan dat er wel degelijk overleg en afstemming plaatsvindt in de regio over dit onderwerp. Wel maakte hij een voorbehoud, omdat er nogal een verschil zit in de manier hoe gemeenten hiermee omgaan. “We kunnen regiogemeentes niet dwingen om besluiten te nemen. Daar gaan de desbetreffende raden over. Alle gemeenten hebben hierin hun eigen verantwoordelijkheid.” Nadat Teun Heldens namens de VVD er nogmaals op had aangedrongen om in gesprek te gaan met buurgemeenten, zegde wethouder Sanders toe dit te doen.
Een aantal fracties bleek zich zorgen te maken over de handhaving van het nieuwe beleid. Onder meer raadslid Jeanne Hesen van de VVD wilde weten hoe het gesteld is met het beheer en toezicht. “Dat is nu wel uitgebreid beschreven, maar we hebben in het verleden ook wel eens van sommige inwoners gehoord dat ze overlast hadden maar dat er niemand te bereiken was.” Ook John Timmermans uitte, hierin bijgevallen door Teun Heldens, zijn zorgen op dit vlak en dan met name over de controle of de huisvesting is bedoeld voor eigen werknemers. “Van 25% gaan we naar 75% maar wij vragen ons af hoe je dit gaat handhaven.” Ook het monitoren van het nachtregister, waarin huisvesters moeten bijhouden wie op de locatie verblijft, is een punt van aandacht.
Wethouder Paul Sanders gaf aan dat het nachtregister wel degelijk wordt gemonitord en dat erop wordt gehandhaafd. “Alleen ook daar zie je dat er wel verschillend beleid is toegepast: Bij het beleid 2013 was het digitaal nachtregister niet verplicht, later is het wel verplicht.” Verder legde hij uit dat de 75%-regel aan de voorkant wordt getoetst. “Bij de aanvraag moet een aanvrager aantonen dat hij 75%, (nu is dat 25%) van de mensen zelf in dienst heeft.”
PvdA/GroenLinks vroeg bij monde van Annigje Primowees aandacht voor het feit dat zij vindt dat de raad buitenspel wordt gezet. Het verbaast haar “dat geen enkele fractie in de raad het erover heeft dat de fracties er nog steeds niets over te vertellen heeft waar die huisvesting uiteindelijk gaat plaatsvinden.” Hierin bleek ze niet alleen te staan: raadslid Peter Craenmehr gaf aan dat hij het ermee eens is dat het college een goed voorstel moet doen en dat de raad daar dan over kan beslissen. Tot een toezegging dat hij een eventueel amendement van PvdA/GroenLinks zou steunen kwam het echter niet.
Lokaal Peel en Maas zou graag zien dat het nieuwe beleid voor alle huisvesters gaat gelden. Dat blijkt echter juridisch niet zonder meer haalbaar, zo legde wethouder Sanders uit. De oude vergunningen zijn permanent en die kunnen niet zonder meer ontbonden worden. “Aan die bestaande rechten daar kun je niet zomaar aankomen. […] We proberen dat wel te doen door met elkaar afspraken te maken, in een anterieure overeenkomst. We proberen mensen te verleiden dat te doen. Maar je kunt mensen niet hun vergunning laten opgeven. […] Het moet altijd het initiatief van de aanvrager zijn.”
Over het algemeen is de raad te spreken over de aangepaste koers die het college inzet naar aanleiding van de evaluatie. Vooral de ontwikkeling dat wordt ingezet op kleinschalige huisvesting en minder op grootschalige locaties wordt goed ontvangen door de raad. Wel ziet de raad graag het nieuwe beleid uitgewerkt in een concreet voorstel, voordat er daadwerkelijk over gestemd wordt. Dit onderwerp komt dan ook als bespreekstuk terug in de raadsvergadering van 20 april.
Investering in toekomst van de regio
Het laatste onderwerp van de eerste commissievergadering was het raadvoorstel voor de financiering van projecten in het kader van de Regio Deal en Investeringsagenda. In totaal gaat het tot en met 2024 om een bedrag van 943.00 euro, waarvan het leeuwendeel in 2021 wordt verstrekt. “Een flinke investering in de toekomst van onze regio” aldus portefeuillehouder Rob Wanten.
De vragen van de raad hadden enerzijds betrekking op het proces. Volgens Peter Craenmehr is samenwerking in de regio super belangrijk. “Alleen dit is voorstel: mosterd na de maaltijd. Hier hebben we niks meer te willen. Jammer, maar bij de volgende investeringen willen we kunnen meepraten over welke projecten.” Een vergelijkbare vraag kwam van de kant van de VVD. Teun Heldens stelde: “Voor ons geldt: wie betaalt, bepaalt. Het budgetrecht is van de raad, het kaderstellen ook, het dagelijks bestuur ligt bij het college. […] Wat nu voorligt is een voorstel waar de kaarten al geschud zijn.”
Wethouder Wanten reageerde door aan te geven dat in Peel en Maas, anders dan in andere gemeenten, de raad nog steeds invloed heeft. “We hebben afgesproken dat we de projectenportefeuilles aan u zouden voorleggen en dat is wat met dit raadsvoorstel gebeurt.” Teun Heldens vroeg daarop of het alleen ja of nee voor het complete pakket kan zijn, of dat er ook nog een keuze gemaakt kan worden voor afzonderlijke projecten. “In theorie liggen alle opties nog open” aldus Rob Wanten.
Ook het CDA is in beginsel positief over de voorgestelde investeringen in regionale samenwerking. Raadslid Sandy Janssen van het CDA had wel een vraag over de rol van de raad. “Naast de financiële inbreng die we als gemeente hebben, welke inbreng hebben we nog meer? En dan met name hoe worden we als raad tussentijds betrokken?”
Rob Wanten liet weten dat de monitoring en verantwoording in de regiodeal al zit ingebakken. “Voor de investeringsagenda moeten we nog in de regio gaan ontdekken hoe we dat het beste kunnen gaan doen. (…) Dit zou echt een bespreekpunt kunnen zijn voor de regioraden.”
Sommige raadsleden wilden weten waarom Peel en Maas aan specifieke projecten niet deelneemt. Sander Janssen van Lokaal Peel en Maas zag de projecten rond zorgtechnologie en de aanpassingen bij de reconstructie van het veer Reuver-Beesel en Kessel als een gemiste kans. Burgerraadslid mevrouw Kleine vroeg zich af waarom Peel en Maas niet deelneemt aan een aantal projecten onder de noemers Energie en klimaat.
Wethouder Wanten legde kort uit hoe de trajecten zijn verlopen. Bij de keuze om wel of niet deel te nemen aan projecten heeft het college vooral gezocht naar projecten die passen bij de doelen en ambities van Peel en Maas en is voor het overige zeer terughoudend geweest, ook door eerdere signalen vanuit de raad.
Wethouder Anget Mestrom, portefeuillehouder zorg, vulde hierop aan dat “binnen Vitaal en gezond we zowel ambtelijk als bestuurlijk de afstemming zoeken om verschillende projecten naast elkaar te doen.” Hierdoor wordt invulling gegeven aan regionale kennisdeling, zo legde ze uit.
Raf Janssen wilde weten waarom Peel en Maas juist wel investeert in het Future Farming instituut. Ook vroeg hij welke omslag dit zal hebben op het beleid zodat er meer aandacht komt voor de kwaliteit van producten en niet zozeer voor kwantiteit.
Hierop antwoordde wethouder Wanten dat “de universiteit Maastricht hier onderzoek wil doen naar de toekomstige mogelijkheden van land- en tuinbouw. Die faciliteiten worden ook nog ondersteund door BASF en door een derde partij. Dat gaat wel een behoorlijke boost geven aan de positie van deze regio als vooraanstaande regio op het gebied van gezonde voeding. Dat is volgens mij precies de beweging die we met z’n allen willen maken.”
Na afloop van de beraadslagingen bleek dat de verschillende fracties nog vragen bij dit onderwerp hadden, waardoor het als bespreekstuk terugkomt in de komende raadsvergadering.
Toekomst Hulp bij Huishouding
Op woensdag was de tweede commissievergadering. Hiervoor hadden zich maar liefst 4 insprekers gemeld, allen over het agendapunt Toekomst Hulp bij het huishouden. Er ligt een raadsvoorstel om, met het oog op een verdere invulling van zelfsturing, de pilot door te ontwikkelen naar een dorpsvoorziening buiten de WMO.
Als eerste kreeg kwam aan het woord Jeroen Kamerbeek van T-Zorg, een van de deelnemende zorgaanbieders. Namens de zorgaanbieders sprak de heer Kamerbeek zijn zorgen uit over de ontwikkelingen. De doorontwikkeling van de Hulp bij het huishouden naar de dorpsvoorziening ligt niet in lijn met onze visie op de invulling van de Hulp bij het huishouden in de gemeente Peel en Maas. Hiervoor voerde hij verschillende redenen aan, waaronder het korte tijdbestek en de vraag of het juridisch haalbaar is. Het proces is in hun ogen onzorgvuldig verlopen en het voorstel is inhoudelijk onvolledig en te rooskleurig.
De volgende twee sprekers, Roel Geujen van Proteion Schoon en Yvonne van de Stay van Thuiszorg Helpende Hand, gingen vooral in op de gevolgen voor medewerkers van de zorgaanbieders. Ze haalden aan dat de medewerkers, tegelijkertijd ook inwoners van de dorpen, veel waarde hechten aan de zekerheden die een vaste baan met zich meebrengt. De primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden worden door hen zeer gewaardeerd. Bij een doorontwikkeling naar een dorpsvoorziening is het wat de insprekers betreft allerminst zeker dat de huidige CAO, gehanteerd wordt. De zorgaanbieders willen de zekerheid dat Stichting Kernkracht zich blijft conformeren aan de CAO VVT voor alle medewerkers die hulp bij de huishouding leveren.
De laatste inspreker was de heer Gijs van Lier, voorzitter van de Raad van belanghebbenden Hulp bij Huishouding. Hij gaf aan dat tijdens een constructief gesprek bleek dat raad en zorgaanbieders beide positief zijn over de pilot en dat er overeenstemming is over de stip op de horizon. Het grootste struikelblok is de termijn waarbinnen het gerealiseerd zou moeten worden. Volgens de Raad van belanghebbenden zijn de knelpunten die er nog zijn overbrugbaar en willen de kernen graag op de nieuwe manier van start.
Portefeuillehouder Mestrom hield een vurig pleidooi waarin ze de argumenten voor doorontwikkelingen nog eens benoemde. ‘Next level’ zo beschreef ze dit initiatief, waarin de dorpen eigenaar worden van hulp bij de huishouding en de gemeente alleen nog aan de zijlijn meekijkt en de maatwerkvoorziening vanuit de WMO als vangnet geldt.
Burgerraadslid Jolanda Janssen van de VVD kreeg als eerste het woord. De liberalen hadden al eerder laten blijken geen voorstander te zijn van deze ontwikkeling, en dat was nu niet anders. “Het is ons niet duidelijk wat de meerwaarde is. […] Wij onderschrijven de huidige pilot, maar de stap naar een dorpsvoorziening is toch echt een brug te ver” aldus mevrouw Janssen.
Raadslid Lon Caelers liet weten dat de pilot en het concept van zelfsturing aansluit bij het gedachtegoed van haar partij. “De dorpen hebben ontzettend goed werk verricht. De pilot doorzetten als dorpsvoorziening voldoet aan de taakstelling die wij als raad bij zelfsturing 3.0 hebben vastgesteld.” Toch heeft het CDA vragen, zoals over de extra kosten als gevolg van de btw. Ook wilde Lon Caelers weten hoe de maatwerkvoorziening als vangnet functioneert. Ten slotte drong ze erop aan dat de communicatie met zorgaanbieders wordt opgepakt.
Saskia Vervoort van Lokaal Peel en Maas sloot zich hierbij aan. Ze gaf verder aan dat Lokaal Peel en Maas vindt dat de pilot nog ruimte moet krijgen. “Het proces tussen de zorgorganisaties en de dorpen moet nog gevormd worden” en Lokaal Peel en Maas gaat ervan uit dat hiervoor bij beide partijen vertrouwen is. “Immers, tot nu toe is er prima samengewerkt.” Lokaal Peel en Maas verwacht dat het btw-vraagstuk nog wordt opgelost, en zo niet is het “een goede investering in de nabijheid en verbinding tussen mensen in Peel en Maas.”
Raf Janssen citeerde de Kaderstelling Sociaal domein en Vitale gemeenschappen uit mei 2017. Hij deed dit om te laten zien dat de pilot en de doorontwikkeling precies past “in de beweging die we als gemeente willen maken in het kader van de zelfsturing.” Verder strookt dit raadsvoorstel “met de koers die destijds is uitgezet. […] De raad bepaalt in dezen wat er moet gebeuren. Dat is de wat-vraag. Dan zijn er nog acht maanden de tijd voor de hoe-vraag: hoe gaan we het precies invullen?”
Peter Craenmehr was minder enthousiast over het proces tot nu toe. “De communicatie was erg slecht en bij de gemeente klopte het allemaal niet. Totdat de dorpsondersteuner aan bod kwam.” Zijn conclusie: zoals het tot nu toe ging, was het goed. Waarom iets stoppen dat goed is? “Waarom iets doordrukken waar heel veel onzekerheden in zitten?” zo vroeg hij zich af. Een mening die werd onderschreven door raadslid Karin Jacobs van de VVD. “Waarom willen wij geschiedenis schrijven? Er zijn nog zoveel losse eindjes. […] Het is nu prima zoals het is.” Wat de VVD betreft wordt het plan dus niet doorgezet.
Raf Janssen was duidelijk een andere mening toegedaan en kwalificeerde dit als “een miskenning van de zelfsturing“.
Anget Mestrom begon haar reactie over de juridische haalbaarheid. De subsidie die de gemeente verstrekt voor het burgerinitiatief is de juridische grondslag voor de dorpsvoorziening, zo betoogde ze. Een aantal raadsleden had vragen of er een vangnet is. “Ja natuurlijk is er een vangnet. Want op het moment dat het in de dorpen om de een of andere reden niet past, niet lukt, dan hebben wij die maatwerkvoorziening, in de WMO, waar die burger in die kern dan een beroep op kan doen.”
Wethouder Mestrom lichtte ook de regionale aanbesteding verder toe. Volgens haar is het lastig om later nog in te stappen, omdat na inschrijving maximaal 10% mag worden afgeweken van het volume, oftewel het aantal personen dat gebruik maakt van hulp bij de huishouding. Raf Janssen vroeg hoe dit past in de open einde regeling die hulp bij de huishouding is. De wethouder zegde toe dit na te vragen, waarna Peter Craenmehr vroeg wat het scenario is als de dorpsvoorziening flopt. Wethouder Mestrom acht die kans klein: “Ik denk dat de dorpen allang het tegendeel hebben bewezen.” En als het toch zou gebeuren, staan er andere partijen klaar om de zorg te leveren aan onze hulpvragers, zo is haar stellige overtuiging.
Over de btw-kwestie kan nog geen uitsluitsel gegeven worden. De kans dat zorgaanbieders een vrijstelling krijgen is klein, reden waarom het btw-bedrag is meegenomen in de financiële paragraaf van dit raadsvoorstel. Bij een positief besluit over het voorstel wordt dit bedrag meegenomen in de gemeentelijke begroting van volgend jaar.
Wethouder Mestrom snapt dat zorgaanbieders zich onzeker voelen. “Het enige wezenlijke dat er nu verandert is de contractering. Dat is het eigenaarschap dat bij de dorpen komt te liggen. En misschien is omdenken nu wel het sleutelwoord.” Ze gaat uit van het positieve en liet weten dat de gemeente bij het verstrekken van de subsidie elementen kan opnemen om de kwaliteit en de duur van de contracten te waarborgen.
De wethouder zegde nog toe nog een aantal zaken op schrift aan de raad ter beschikking te stellen. Ook kondigde ze aan een gesprek te organiseren tussen de raad van belanghebbenden en de zorgaanbieders. Ze sloot af met de constatering dat alle betrokkenen het eens zijn over het wat, en dat alleen het hoe nog moet worden ingevuld.
Kredietaanvraag Integraal kindcentrum Kloosterstraat
Het tweede onderwerp op de agenda werd ingeleid door wethouder Wim Hermans. Hij beschreef hoe de raad eerder al groen licht had gegeven om een definitief voorstel uit te werken voor de plannen voor de nieuwe locatie van basisschool De Pas. Halverwege december bleek echter dat de bouwkosten enkele tonnen meer zouden gaan kosten. Daarop heef het college pas op de plaats gemaakt, en is kritisch gekeken naar het budget. Dit heeft geresulteerd in een nieuw voorstel waarbij een krediet wordt gevraagd van 3,27 miljoen euro.
De VVD was positief over het voorstel. Karin Jacobs zei zich te realiseren dat het een flink bedrag is, maar realistisch voor de beoogde investering. Ook Ebie Peeters van het CDA zei blij te zijn het voorstel, net als Peter Craenmehr. Zowel AndersNu als CDA en VVD zien dit voorstel als een hamerstuk. Yvette Gielen, burgerraadslid voor het CDA wilde nog wel weten of de kosten hoger kunnen uitvallen, waarop de wethouder geruststellend antwoordde dat dit niet het geval is.
Lokaal Peel en Maas, bij monde van raadslid Joep Hermans, was ook positief maar had wel een paar vragen over de bekostiging van de verkeersmaatregelen. De wethouder antwoordde dat kosten die direct verband houden met de school nu al zijn meegenomen.
Ook wilde Joep Hermans hoe het verschil in kosten per leerling, tussen de Pas en De Doelhof in Meijel verklaard kan worden. Wethouder Hermans legde uit dat hoe groter je bouwt, hoe voordeliger het relatief gezien wordt. Daarnaast is nieuwbouw nu eenmaal goedkoper dan verbouw, en de prijzen in de bouw zijn de laatste jaren enorm gestegen.
PvdA/GroenLinks is niet blij met het voorstel, aldus Raf Janssen. Veel liever had zijn partij één grote nieuwe school gezien voor heel Helden en zal dan ook tegen het voorstel stemmen, zo kondigde hij aan. Hij had een aantal vragen “om het debacle zo klein mogelijk te houden.” Over de verkeersveiligheid wilde hij weten wanneer de verbeteringen op gevaarlijke punten zoals de Roggelseweg gerealiseerd worden, en of de verhuizing niet doorgaat als de verbeteringen nog niet gereed zijn. Wethouder Hermans antwoordde dat in het rapport aanbevelingen staan om het nog veiliger te krijgen, “hetgeen niet wil zeggen dat het nu […] onveilig is. Het realiseren van de school hangt daarom niet af van oppakken van de verbeterpunten”.
Joep Hermans wilde nog van zijn naamgenoot weten of de gemeente verkeersmaatregelen kan afdwingen bij de provincie. Wim Hermans legde uit dat de uitvoering daarvan bij portefeuillehouder Sanders ligt, en dat hij ervan overtuigd is dat die geen kans onbenut laat om aandacht te vragen voor verkeersmaatregelen.
Op verzoek van PvdA/GroenLinks komt dit onderwerp terug als bespreekstuk tijdens de komende raadsvergadering.
Over het laatste onderwerp op de agenda, de gewijzigde statuten van stichting Prisma, waren de meeste fracties kort. Nadat dit onderwerp voor alle fracties een hamerstuk bleek te zijn, sloot voorzitter Vivian Moonen de vergadering.
De raadsvergadering is op dinsdag 20 april 2021 om 19.30 uur en is met een livestream te volgen via Peel en Maas Bestuurlijke Informatie.